Dit schrijverslog is een onderdeel van het project: Jack's Laatste
Droom
en moet gezien worden als ondersteuning en aanvulling
op het materiaal dat daar te lezen is.


vrijdag 9 april 2010

Hoe Gerben soms wel heel erg een soort van klein beetje op Jack lijkt, zeg maar (en vice versa)

'Ben je in staat tot vriendschap?'
Zomaar een vraag op een doordeweekse dag. Het is de meest pijnlijke vraag die mij ooit gesteld is. Eentje die ik verdien hoor, daar niet van. En eentje die nu al dagen door mijn hoofd spookt, als een geest in een oud statig huis uit zo'n klassieke horrorfilm. Wat zou ik graag direct ja zeggen. Maar dat blijkt toch niet zo heel makkelijk.
Ik heb vriendschappen. Dat wel. Maar die heb ik al een tijdje en nieuwe vriendschappen komen er nooit bij. Stiekem heb ik me die vraag daarom ook wel eens gesteld, maar ik heb die nooit echt voor mezelf beantwoord. Je kunt er makkelijk voor weglopen, maar dat wordt een stuk lastiger als iemand gewoon vraagt: Ben je in staat tot vriendschap? Het blijkt ineens de centrale vraag in mijn boek te zijn.

Het valt voor mij een beetje samen met vragen als: Ben ik een aardig en mooi persoon? Ben ik de moeite waard om mee om te gaan? Is er iets mis met mij? Die laatste vraag is interessant, bleek al een paar posts geleden, want het is wat alle mensen zeggen die liefde of vriendschap (die andere vorm van liefde) zoeken: Er is niets mis met mij.
Onzin natuurlijk, op z'n minst in mijn geval, er is wel iets mis met mij. Ik verkloot het zo ver totdat iemand mij onomwonden en volledig terecht vraagt: Ben je in staat tot vriendschap? En het feit dat ik daar niet direct en volmondig ja op kan antwoorden, zegt: jongen, er is toch echt wel iets mis met jou. Het feit dat ik weinig vriendschappen heb, zegt daar al iets over. Het feit dat ik de grootste deel van mijn vrije tijd alleen in mijn appartement doorbreng, zonder contact met anderen, zegt daar heel veel over. Eenzaamheid veroorzaak je uiteindelijk natuurlijk ook gewoon zelf. Door de keuzes die je in het verleden gemaakt hebt en de keuzes die je vandaag maakt.
Een deel zal voortkomen uit mijn geschiedenis (die weer voor een deel voorkomt uit mijn karakter). Maar dat is natuurlijk geen excuus. Het is alleen maar een verklaring. En verklaringen zoek ik constant. Maar er komen alleen maar meer vragen voor in de plaats. Zoals: zou het zo kunnen zijn dat ik vriendschap en liefde makkelijk met elkaar verwar omdat ik met beide gewoon te weinig ervaring heb? Maak ik daardoor niet iets stuk wat eigenlijk nog veel mooier is en zelfs nog mooier kan zijn? Of: Is het mogelijk dat ik beide nooit meer nieuw zal kennen, omdat ik gewoon onherstelbaar sociaal gehandicapt ben? Want na het kapotmaken van twee potentiële vriendschappen zo vlak na elkaar, mag ik best zeggen dat er iets goed mis met mij is. Dat heet realisme.

Ik heb heus ook goede eigenschappen, denk ik, want ik ben natuurlijk best wel een beetje een mens. Ik voel en ik ken het verschil tussen goed en kwaad (want ik kijk Star Wars en dan weet je alles wat je daarover moet weten) en ik heb genoeg te geven, maar misschien mis ik gewoon het talent voor het ontwikkelen van vriendschappen. Misschien heb ik alleen het talent om mensen van me af te stoten.

Halllooooo, daar is Jack! Want die heeft geen vrienden meer. En hij kan ze ook niet maken. Dat is tenminste de kant die het verhaal uiteindelijk op zal gaan. En zo komen dingen helaas toch weer samen. Zo zijn twee eigenlijk toch wel een beetje soort van heel erg één. Er valt voor ons beide nog veel uit te zoeken. Theoretisch zou Jack dat nog kunnen doen met behoud van een vriendschap, maar dat maakt dan toch een stuk minder boeiend verhaal. Omdat onze levens niet synchroon lopen, vermoed ik dat er in mijn geval weinig meer te redden valt. Ik heb veel geleerd en ik zal nog wel meer leren in de komende tijd, maar dat maakt het allemaal niet minder erg.

De weg die Jack waarschijnlijk op zal gaan is er eentje van opnieuw afscheid nemen. Van een goede vriendin en van zijn stad en zijn park. In het boek zal het een mooi afscheid worden. Heroïsch bijna. In het echte leven valt dat toch tegen. Het is beschamend, maar daar is weinig meer aan te veranderen. Ik speel met de gedachte om Jack achterna te gaan. Niet meteen, maar toch wel binnen een paar jaar. Om gewoon mijn huis te verkopen en met een rugzak de wereld in te trekken tot het geld op is. En dan? Geen idee. Dat zien we dan wel weer. Jack gaat het doen en daar heb ik enorm respect voor (nou ja, hij zou waarschijnlijk gewoon weer naar een andere stad gaan om daar zijn oude levensritme op te pakken, maar toch). Ik maak alleen maar plannen, maar ben er waarschijnlijk op den duur te schijterig voor.

Is Jack in staat tot vriendschap? Ben ik in staat tot vriendschap? Ik denk het wel, diep van binnen, maar ik zie het niet gebeuren. Daarvoor zijn we allebei te diep beschadigd. Daarvoor moeten we teveel leunen op anderen en dat mag je gewoon niet verwachten. Zeker niet in een beginstadium. Inmiddels ben ik een zware last geworden. Voor mezelf en vooral voor de ander. Dus eigenlijk is het antwoord waarschijnlijk nee. Wij zijn niet in staat tot vriendschap, Jack en ik. Maar we hebben elkaar nog, twee wereldvreemde, contactgestoorde mensen die best wel heel erg een soort van klein beetje op elkaar lijken. Dat dan weer wel. En zelfs al is het een verhaal dat geen van beide met echte blijdschap vervult, we maken het wel af. Jack en ik.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten